Als je een operatie krijgt, horen jullie van tevoren naar welke afdeling je toe moet. Om je voor te bereiden, kun je samen met je mama of papa de fotoboeken operatievoorbereiding met een kapje en operatievoorbereiding met een infuus bekijken.
Krijg je een operatie, omdat je buisjes in je oren krijgt? Of omdat je geopereerd wordt aan je amandelen? Dan ga je naar de afdeling KNO (dat stat voor keel, neus en oren!). Wil je alles over deze dokter weten? Klik dan op de knop hieronder.
Als je naar de Kinder- en jeugdafdeling toe moet, volg je de bordjes met de zon of de koe.
Wij werken allemaal op de Kinder- en jeugdafdeling.
De kinderverpleegkundige die voor je zorgt, brengt jullie naar je kamer. Je krijgt daar een operatiejasje van het ziekenhuis. Ook doet ze een polsbandje bij je om met je naam erop. Soms krijg je ook een tabletje of een zetpil zodat je je na de operatie zo goed mogelijk voelt. Als je met de slaapdokter hebt afgesproken dat je een infuus krijgt, plakt de verpleegkundige een speciale pleister met toverzalf op je hand. Hierdoor merk je minder van het infuus.
In je bed ga je, met je mama of papa en de verpleegkundige, met de lift naar de Operatieafdeling. Natuurlijk mag je je knuffel meenemen. De verpleegkundige en je mama of papa trekken bij de Operatieafdeling een pak aan, sloffen over de schoenen en een muts over hun haar. Ook jij krijgt een muts op je hoofd. Alle mensen die je op de Operatieafdeling tegenkomt, dragen speciale kleding en een muts.
De slaapdokter wil weten hoe het met je gaat als je slaapt. Daarom krijg je drie plakkers met draadjes op je borst, een band om je arm en een zachte knijper om een van je vingers. De slaapdokter ziet nu heel goed hoe je hart klopt. Ook kan hij zo je bloeddruk en hoeveelheid zuurstof in je bloed meten. Als je met de slaapdokter hebt afgesproken dat je een infuus krijgt, haalt de verpleegkundige de pleister van je hand. Je krijgt ook nog een band om je arm. De verpleegkundige ziet dan goed waar ze het infuus moet plaatsen.
In de operatiekamer staan allemaal apparaten en ook zijn er grote lampen.
Het is er best koud, daarom krijg je lekker een warme deken over je heen.
Als je gaat slapen met alleen de kap, dan krijg je een kapje over je neus en mond waar een slaapluchtje uit komt. Als je gaat slapen met een infuus, dan geeft de dokter je nu een slaapmedicijn. Tegelijkertijd krijg je een kapje over je neus en mond met wat frisse lucht. Dan val je in een speciale slaap. Dat noem je narcose. De operatiedokter gaat je nu opereren. Je merkt daar helemaal niets van.
Als de dokter klaar is, word je weer wakker. Je mama of papa is dan snel bij je.
De verpleegkundige rijd je in je bed weer terug naar je kamer op de Kinder- en jeugdafdeling. Als de verpleegkundige je vraagt hoe je je voelt, dan wijs je dit op een speciale liniaal met gezichtjes aan. Soms krijg je een medicijn om je prettiger te voelen. Je mag nu ook weer drinken en als het kan ook eten. Als je wilt kun je een boekje lezen, een spelletje doen of tv kijken.
Als je van je kamer af mag, kun je naar de speelkamer. Het is er erg gezellig. Er is van alles te doen. Ook is er een jeugdlounge. Je kunt hier spelletjes doen, computeren en tv-kijken. Je kunt dat ook allemaal op je kamer doen als je van de dokter niet van je kamer af mag. Als je wilt, kun je je eigen laptop of tablet van huis meenemen. Er is wifi op de Kinder- en jeugdafdeling.
Als je in het ziekenhuis een of een paar dagen moet blijven, mag je mama of papa bij je blijven slapen. Hopelijk mag je weer snel naar huis.