Prof. dr. Gert Jan de Borst treedt per 1 januari 2025 aan als voorzitter van de Raad van Bestuur van het Reinier de Graaf ziekenhuis. Samen met Arjen Hakbijl zal hij de tweehoofdige Raad van Bestuur van ons ziekenhuis vormen.
Gert Jan de Borst (1970) is vaatchirurg, hoogleraar vaatchirurgie en sinds 2015 hoofd van de afdeling Vaatchirurgie van het UMC Utrecht. Ook was hij lid van het managementteam van de divisie Heelkundige Specialismen bij het UMC Utrecht en bekleedt hij toezichthoudende rollen bij twee andere zorgorganisaties. Overige bestuurlijke ervaring deed hij op als secretaris bij de Nederlandse Vereniging voor Vaatchirurgie en als voorzitter van de richtlijncommissie van de Europese Vereniging voor Vaatchirurgie. Naast een focus op klinisch werk, opleiding en wetenschap binnen zijn vakgebied heeft hij een brede kennis over en interesse voor goed bestuur en organisatie van zorg.
Ruud Hermans, voorzitter Raad van Toezicht van Reinier de Graaf is verheugd over zijn aanstelling: “We hebben enthousiast gekozen voor Gert Jan de Borst als nieuwe voorzitter van onze Raad van Bestuur. Zijn uitgebreide medisch inhoudelijke kennis in combinatie met zijn expertise in opleiden, wetenschappelijk onderzoek en bestuur binnen een medisch academische omgeving, maken hem bij uitstek geschikt voor deze rol. Daarnaast is hij een echte verbinder en iemand die met bevlogenheid streeft naar het continu verder verbeteren van patiëntenzorg. Als bestuursvoorzitter zal hij onze strategie verder vormgeven en uitdragen. Daarbij zet hij zijn ruime ervaring en expertise als medisch specialist in om de zorg die Reinier de Graaf biedt toekomstbestendig te houden.”
Gert Jan de Borst: “Reinier de Graaf is een gerenommeerd topklinisch ziekenhuis met een duidelijke missie om de beste zorg aan patiënten te leveren en samen met regionale partners gezondheid te bevorderen. Die ambitie spreekt mij erg aan. Teambuilding en samenwerking zijn de sleutel tot succes. Ik kijk er erg naar uit om mij in te zetten voor de belangen van Reinier, zijn patiënten, zijn medewerkers en alle stakeholders.”