Om de zorg voor iedereen toegankelijk en betaalbaar te houden, houdt het Reinier de Graaf ziekenhuis zich bezig met het voorkomen, verplaatsen en vervangen van zorg. Dat doen we onder de noemer Zorg dichtbij. Zo werkt de polikliniek Oogheelkunde van Reinier de Graaf sinds kort nog nauwer samen met optometristen in de optiekzaak en huisartsen in de regio Delft en Westland. Dit doen we omdat het aantal patiënten met oogaandoeningen sterk toeneemt en we willen dat zij zo snel mogelijk geholpen worden.
Vanwege de vergrijzing neemt het aantal mensen met oogklachten flink toe. Dat zorgt er ook voor dat de wachttijden op onze polikliniek Oogheelkunde steeds langer worden. De nauwere samenwerking met optometristen in de optiekzaak en huisartsen in de regio moet hier een oplossing voor bieden. Huisartsen krijgen de mogelijkheid om patiënten met minder complexe aandoeningen naar een optometrist in de optiekzaak te verwijzen, in plaats van direct naar een oogarts van Reinier de Graaf.
Met een drietal optiekzaken zijn we deze pilot gestart. Dit zijn Beeks Oog & Oor in ’s-Gravenzande, Linneweever in Wateringen en Van Daalen optiek in Naaldwijk. De samenwerking staat open voor optometristen in Delft; de gesprekken hiervoor lopen.
Voor de pilot is vastgesteld voor welke minder complexe zorg de patiënt door de optometrist in de optiekzaak onderzocht mag worden. Patiënten die voor een van deze symptomen en/of klachten door de huisarts worden doorverwezen, krijgen het onderzoek bij de optometrist vergoed door de verzekeraar. Dit heeft geen impact op het eigen risico van patiënt. Een ander voordeel voor de patiënt is dat de openingstijden van de optiekzaken ruimer zijn dan in het ziekenhuis. Patiënten kunnen hier vaak al binnen 2 weken terecht voor het onderzoek.
De optometrist onderzoekt en beoordeelt de oogklachten, geeft advies en bepaalt of er vervolgonderzoek moet plaatsvinden door een oogarts. Ook kan hij of zij waar nodig overleggen met onze oogartsen. De optometrist deelt het resultaat van het onderzoek met de huisarts en met de patiënt. Mocht de optometrist besluiten de patiënt naar de oogarts te verwijzen, dan kan dit sneller ingepland worden, aangezien er op basis van de informatie van de optometrist bepaald kan worden wat er nodig is.
Door op deze manier samen te werken, verwachten we dat de optometristen in de optiekzaak meer patiënten met minder complexe aandoeningen kunnen behandelen. Dat geeft onze oogartsen de ruimte om patiënten met meer complexe aandoeningen sneller te zien, zodat daardoor de wachttijden korter worden. Het gaat om een pilot van een jaar. Dan gaan we kijken of deze nieuwe werkwijze succesvol is.